Het was tegen koffietijd en de vaste leden van de mannentafel zaten weer klaar voor hun koffie mét. Buiten rukte de eerste herfststorm in volle hevigheid aan de bladeren van de bomen en de regen kletterde tegen de ramen.
“Geen weer om de hond uit te laten, maar ja, dat beest trekt zich niks aan van dat weer.”
“Vertel je me nu echt dat dat zwarte beest een hond is? Die is zo klein dat hij met dit weer onder een echt hond kan lopen zonder nat te worden”.
Kortom, de dag was vroeg, maar de toon was gezet.
“Ja, jouw hond anders, die is net al mijn vrouw!”
“Hoezo dat?”
“Nou, hij steekt overal zijn neus in!”
Luid gelach deed de dames die juist aan hun eerste poging Rummikub probeerden te beginnen, een paar woeste blikken, die echter alle doel misten, wierpen.
“Hebben jullie trouwens onze film gezien op internet?”
“Staan we daar dan op?”
“Dat heb ik toch vertelt?”
“Ja, maar ben niet zo van dat internet en die infludingers”
“Influencers zul je bedoelen.”
“De betweter weet het weer. Als ik jou hoor wordt ik vaak nostalgisch!”
“Hoezo?”
“Dan denk ik aan de tijd dat ik je nog niet kende.”
Weer luid gelach en boze blikken van het dames kransje, waar inmiddels de steentje verdeeld werden.
“We zijn ook geen influencers daar, de man die onze films maakt is een content-creator!
“Wow man, laat me nog eens lachen, dan wordt ik een incontinent creator.”
“Net als die hond van jou die altijd lekt in de lift en de gangen.”
“Dat doen we netjes op hoor, maar van de week is de bezorger van de Japanner er door gelopen. Natte schoenen!”
“Bedoel je die van dat Japans restaurant van die Chinees die Henk heet?”
“Ja, die, best lekker vreten hoor.”
Een nieuw rondje koffie werd besteld en gebracht en aangevuld met een vleugje cognac.
“Niet teveel zuipen daar!” klonk een vermaande stem vanachter de Rummikub steentjes.
“Hoor ik stemmen?”
“Nou ja, woensdag toch?”
“Wat woensdag?”
“Stemmen,”
“Gos ja, Trees heeft de hele week naar die ruzies op de TV gekeken. Ik wordt er ziek van en ben er klaar mee. Blij als ik weer naar de voetbal of een leuke spelshow met mensen die ik ken kan kijken.”
“Nou, je bent dan net een pinguïn. Je valt dan wel 100 keer in slaap als je tv kijkt.”
klonk het vanuit de vrouwenhoek.
“En die Timmermans bleef wel netjes, die zei nog ‘jokken’ tegen in plaats van ‘liegen’ over de basis van het pakket of zo.”
“Och ze liegen allemaal, zelf die Jozef de timmerman was een verzinsel hoorde ik van de week nog.”
“En donderdag zijn ze alles nog sneller vergeten dan Jannie van nummer 165, het schijnt dat die naar de opvang moet voor…” hij draaide met zijn vinger veel betekenend rond zijn slaap.
En zo bleef het ook deze keer weer lang gezellig.
